vrijdag 15 februari 2008

PVDA in 2008(2):"Hervorming eerst, niet socialisme"

In 1995 ging het Vijfde Congres door van de PVDA.

De inzet van dit congres was, en ik vermoed dat dit vooral op aansturen was van de voorzitter Ludo Martens: een herbevestiging van het revolutionair karakter van de PVDA en de uitbouw van een kaderploeg van meest revolutionaire communisten.
Ludo Martens beklemtoonde al lange tijd dat het actief concreet analyseren van de actuele situatie (in internationaal perspectief) en daaruit de concrete strategie halen die de communisten via hun organisatie moesten toepassen in hun dagelijkse werk, eigenlijk alleen door hem gebeurde. Natuurlijk lag de eindverantwoordelijkheid van het dagelijks leiden van dit werk bij hem als leidend voorzitter, maar het kon niet zijn dat dagelijkse politieke alzijdige analyse en het bijna dagelijks concretiseren van de fundamentele betrachtingen van de revolutionaire partij die de PVDA toch wilde zijn, het werk was van quasi één man….
De hele partij te mobiliseren tot het naar voren komen van een kaderploeg een communistische partij waardig, dát was de inzet van het vijfde congres!

Motto van 5e congres was: "De Partij van de Revolutie".

Men werd lid van de PVDA, men werkte mee met de PVDA in alle aspecten van haar werking, dus OOK in verkiezingscampagnes (dit moet u onthouden voor later!…), omdat men overtuigd was van de noodzaak van revolutie ter omverwerping van het kapitalisme en de opbouw van het socialisme en omdat men dit wilde overbrengen bij de mensen in ALLE vormen van strijdsituaties waar de belangen van de werkmensen geplaatst worden tegenover de belangen van de kapitalisten: materiële strijd, politieke strijd en ideologische strijd. De congresteksten waar ik hieronder uit citeer zijn te koop bij EPO onder de vorm van het boek, "De Partij van de Revolutie".( Het beklemtonen door vette letters, dat is mijn werk.)

Het congres was het eens over het volgende:

"Vijf jaar na de val van de Berlijnse Muur en de reusachtige vloedgolf van demagogie rond de thema's 'democratie, vrijheid en rechten van de mens', verscherpen alle fundamentele tegenstellingen in de wereld. De situatie van de massa's in de Derde Wereld wordt hoe langer hoe meer ondraaglijk: honger, ten top gedreven uitbuiting, ellende, terroristische dictators, buitenlandse interventies…
De economische wereldcrisis verscherpt op een dramatische wijze de levens- en werkomstandigheden van de
massa's in de imperialistische landen. De grote burgerij zoekt een uitweg in racisme, nationalisme, fascisme en oorlog.
De wereld is volledig verdeeld onder de monopolies. Er ontwikkelt zich een planetaire strijd voor de herverdeling. De tegenstellingen tussen de Verenigde
Staten, Japan, Duitsland en Rusland spitsen zich toe.
De geschiedenis kende nooit eerder hallucinante catastrofes zoals in Rusland, Joegoslavië en de vroegere socialistische landen; situaties die de hele wereld kunnen destabiliseren.

Als economisch en politiek systeem kan het kapitalisme de mensheid geen humane toekomst bieden….
Het Hitler-fascisme was niet zomaar een historisch ongelukje; het was een wezenlijk verschijnsel van het ontwikkelde imperialisme. De ervaring van het Hitler-fascisme toont dat de burgerij voor geen enkele misdaad terugschrikt om haar klasseheerschappij in stand te houden."

De door het congres aanvaardde algemene besluit was dan ook:

" Dit misdadig en onmenselijk systeem zal nochtans niet zomaar verdwijnen. De beestachtigheid van dit imperialistische systeem kent geen limieten. Alleen de volksopstand en de socialistische revolutie kunnen een einde maken aan dit barbaarse systeem. In die revolutie speelt de communistische partij als subjectieve factor, met haar politieke lijn en haar organisatievermogen, de voornaamste rol."

Hoe de WERKING van de PVDA hierop afstemmen?

In het hoofdstuk "Vier assen om de Partij te rectificeren" stelt men: "Het zijn de massa's die de revolutie maken. Maar het hangt af van de revolutionaire capaciteit van de partij en voornamelijk van haar leidende kern of de revolutie op het gunstige moment de macht zal kunnen veroveren. De revolutionaire massa's kunnen zich maar inzetten als zij geleid worden door een echt revolutionaire leiding. Wanneer dergelijke leiding ontbreekt, zal de revolutie mislukken. De oorzaken van de mislukking liggen bij de fouten van de leidende kaders…
De communistische kaders moeten lessen trekken uit al deze fouten en hun verantwoordelijkheid volledig opnemen….

Toch stopt de klassenstrijd niet omdat de kaders verstoppertje spelen. De klassenstrijd ontwikkelt zich onophoudelijk. Als het proletariaat er niet optimaal op voorbereid is, dragen de kleinburgelijke deserteurs daar een grote verantwoordelijkheid voor….
Het is fundamenteel dat men een vastberaden klassepositie verwerft, dat men de weg van de socialistische revolutie verdedigt en het burgelijk reformisme bekampt."

Hoe kan de hele partij haar leiding dan evalueren?

"Hoe leggen de kaders hun taken vast? Deze kwestie maakt het mogelijk te weten of een kader in alles uitgaat van het standpunt van de socialistische revolutie of van het standpunt van de hervorming van het kapitalisme.
Vanuit het standpunt van het proletariaat is de socialistische revolutie een objectieve noodzaak en duwt heel de historische evolutie in die richting.
Vanuit het standpunt van de burgerij is de socialistische revolutie een schadelijke, zelfs misdadige utopie…

De opportunisten geloven niet dat de hoogste taken van de revolutie "realiseerbaar"zijn. Ze spreken erover voor de vorm, maar de revolutie is niet in hun concrete handelingen aanwezig. Volgens hen zal het niet mogelijk zijn de hoogste taken te verwezenlijken, men moet zich houden aan wat vandaag mogelijk is. En wat mogelijk is, is wat reeds gebeurt, hetgeen waarvoor de arbeiders nu vechten. De huidige strijd, de huidige beweging, het huidige werk is alles; het uiteindelijke doel, de socialistische revolutie is niets, is niet te verwezenlijken, bepaalt noch oriënteert het huidige werk."

Het vijfde congres ziet twee hoofdgevaren die het revolutionair karakter van de PVDA bedreigen en dus bestreden moeten worden:

""Het intelectualisme (misprijzen voor de strijd en de practijk) en het spontaneïsme (misprijzen voor de wetenschap en het marxisme-leninisme) zijn twee opvattingen waartegen de kaders zich tijdens hun vorming moeten leren wapenen."

Het eerste hoofdgevaar voor het revolutionair karakter van de PVDA: het spontaneïsme

" Het spontaneïsme is de verzamelnaam voor verschillende politieke stromingen, gekarakteriseerd door het feit dat ze "de stroom volgen". De spontane stromingen in de kapitalistische maatschappij worden gedomineerd door de burgelijke en kleinburgerlijke ideologie. Het spontaneïsme duikt vooral op onder de vorm van reformistische stromingen, die zich soms hevig kanten tegen de kwalen van de kapitalistische maatschappij, zonder de economische en politieke fundamenten in vraag te stellen….
Wij verzetten ons tegen alle spontaneïstische stromingen. Een communistisch standpunt vereist een hoge graad van bewustzijn bij de uitwerking van theoretische, politieke en organisatorische stellingen.

De hele werking van een communistische partij moet geïnspireerd zijn door de plicht alle vormen van de klassestrijd te leiden, om ze verder te ontwikkelen tot de socialistische revolutie en de omverwerping van de dictatuur van de burgerij en tot de instelling van het socialisme, dankzij de dictatuur van het proletariaat…
Volgens Lenin kan het spontaneïsme zowel leiden tot uiterst linkse als tot rechtste stellingen, en dat zowel op het politieke als op het organisatorische vlak: "Economisten en terroristen gaan door de knieën voor twee tegengestelde polen van de elementaire beweging. De economisten buigen voor de spontaneïteit van de "zuivere arbeidersbeweging". De terroristen lopen mee met de spontaneïteit van de intelectuelen die hevig verontwaardigt zijn maar die het revolutionaire werk niet weten te verbinden met de arbeidersbeweging."
In de strijd tegen het spontaneísme legde Lenin vooral de nadruk op de cruciale rol van een strikte organisatie. Die organisatie is zowel nodig om al diegenen die een bijdrage willen leveren aan de strijd voor het socialisme te verenigen en te disciplineren, als om zich te beschermen tegen de vernietigende activiteiten van de vijand: "Voor de militanten van onze beweging is het enige ernstige principe op het vlak van de organisatie: strikte geheimhouding, de strengste keuze van de leden, opleiding van beroepsrevolutionairen…

In onze partij manifesteert het spontaneïsme zich ook op het politieke vlak onder de vorm van het rechts opportunisme en van economistische en reformistische lijnen.
Het economisme is de politieke lijn die beweert dat de revolutionaire krachten en het revolutionair bewustzijn zich voornamelijk ontwikkelen door het opdrijven en radicaliseren van de economische strijd…
Het reformisme is de politieke lijn die uitgaat van een eerlijke verontwaardiging over het onrecht en over de uitbuiting. Het stort zich in allerlei gevechten om iets te doen aan de kwalen van de burgerlijke maatschappij, zonder echter de fundamenten van die maatschappij zelf in vraag te stellen….

Het oorspronkelijk radicale reformisme maakt plaats voor het realistisch reformisme, en mondt uiteindelijk uit in de verdediging van de bestaande orde….
Het spontaneïsme begrijpt niet dat de burgerij allerlei politieke en ideologische offensieven lanceert om zich meester te maken van de geesten van de mensen.
Om die reden kan een voorbeeldige economische strijd omslaan in een politieke en organisatorische nederlaag….
De spontaneïstische lijn die zich binnen de partij manifesteert is niet gericht op de voorbereiding van de revolutie doorheen talrijke sociale en politieke gevechten. Zij is niet gericht op de omverwerping van de kapitalistische orde. Het spontaneïsme gaat niet uit van de overtuiging dat de kapitalistishe en imperialistische orde moet vernietigd worden om de weg vrij te maken voor het socialisme. Het bereid de toekomst niet voor. Het hecht geen belang aan de beslissende taken die we in de toekomst moeten opnemen opdat het socialisme zou overwinnen. Aangezien het spontaneïsme er niet op gebrand is om de socialistische revolutie te verwezenlijken, hecht het weinig belang aan de opbouw van het beslissende instrument voor die revolutie: de communistische partij."

Het tweede hoofdgevaar voor het revolutionair karakter van de PVDA: het intelectualisme

"Het intelectualisme is de tegenhanger an het spontaneïsme. Het marxisme staat voor de eenheid tussen theorie en practijk. Het spontaneïsme is de practijk zonder de marxistisch-leninistische theorie. Het intelectualisme maakt de theorie los van de practijk…
Het intelectualisme denkt dat het erop aankomt de wereld te begrijpen. Het marxisme stelt dat het erop aankomt de wereld te veranderen…

Voor het intelectualisme is het marxisme-leninisme voornamelijk een kritiek op het kapitalisme en imperialisme. Dat is volledig verkeerd…
Wij doen vaak grote inspanningen om de schandalige plannen van de burgerij te beschrijven, om aan te tonen hoe geweldadig, onmenselijk en verwerpelijk de vijand is, om te voorspellen met hoeveel kracht en geweld hij het proletariaat zal aanvallen. Maar dat alles heeft nog niets te maken met het marxisme-leninisme. Het proletariaat weet dat allemaal, het maakt het dagelijks mee.
"

In uitvoering van de besluiten van het vijfde congres stelde Marxistische Studies (rechtstreeks geleid door nationale kaders van de PVDA):

"…snijden we de discussie aan over het studiewerk voor een communistische partij. De Partij van de Arbeid van België (PVDA) bereidt een nieuw partijprogramma voor. Het huidige dateert van 1979…. Het programma van de Derde Internationale …. is een belangrijke bron voor inspiratie voor de voorbereiding van het programma van de PVDA. Het… analyseert de politieke situatie aan het einde van de jaren twintig. Het beschrijft de essentiële strategische en tactische taken die de communistische beweging moet vervullen. Het geeft ook de taken aan die zich stellen eens de politieke macht via een revolutie wordt veroverd….
De PVDA wil beschikken over een programma dat als leidraad
kan en moet dienen voor de strijd voor een nieuwe maatschappij." ("Een nieuw programma voor de PVDA", Marxistische Studies no. 40, november-december 1997, op marx.be)

De strategie van enkele leidende maar verburgelijkte kaders hiertegenover

Deze verworvenheden, vastgelegd in CONGRESTEKSTEN moesten verdwijnen uit het collectief bewustzijn van die partijleden die vóór en net na 1995 lid werden van de PVDA. Het 8e congres van de PVDA is een voorlopig eindpunt in het realiseren van een “eenheid in de partij” rond een reformistisch programma en een reformistisch partijorganisatie struktuur. Dit door een bewust ontwikkelen van revisionistisme in de PVDA door een verburgelijkte kern van partijkaders, waarvan Boudewijn Deckers en Peter Mertens aantoonbaar deel van uitmaken. In volgende artikel zal ik de verschillende stappen van deze ontwikkeling uit de doeken doen aan de hand van artikels uit Solidair zelf!

Geen opmerkingen: