zaterdag 23 februari 2008

Boudewijn Deckers (secr.gen. PVDA) kiest voor burgerij

Ik stel in mijn analyse over de ontwikkeling van het revisionisme binnen de Partij van de Arbeid van België o.a. dat er een kern van kaders bestaat in de PVDA die gedegeneerd zijn en BEWUST gekozen hebben voor de BURGERIJ. Zij stellen heel hun kennis, heel hun inzet BINNEN de PVDA in dienst voor voor het BEHOUD van het kapitalisme. Zij ontwikkelen een voor de burgerij ongevaarlijke vorm van marxisme: idealisme en metafysica als metode om te komen tot kennis, gevat in "marxistische" fraseologie.
Volgens mij is Boudewijn zo'n renegaat…..
Natuurlijk rust op mij de verantwoordelijkheid om dit dan ook aan te tonen.
Op Solidair.org dinsdag,
8 juni 2004, schrijft Boudewijn Deckers, secretaris-generaal van de PVDA het artikel:

"De PVDA en deelnemen aan de verkiezingen
De verkiezingscampagne loopt ten einde. Waarom doet een communistische partij zoals de PVDA daaraan mee? Hopen we op een verkozene? Wat kan deze campagne ons opbrengen? Welke plaats hebben de verkiezingen in het leven en het werk van de PVDA?"

Om duidelijk te maken dat het standpunt dat Boudewijn hier gaat ontwikkelen, "marxistisch" "communistisch" en "revolutionair" is, citeert hij overmatig Lenin in een APART artikeltje, dat geen deel uitmaakt van de analyse zelf.

" Lenin, de Russische revolutie en de verkiezingen
Lenin is de illusie in burgerlijke verkiezingen altijd blijven bestrijden. Aan de vooravond van de Oktoberrevolutie schreef hij: "Vergeet niet dat Engels het algemene kiesrecht zeer beslist als een instrument van de heerschappij van de burgerij bestempelt. Het algemene kiesrecht, zegt hij, en hij steunt daarvoor duidelijk op de lange ervaring van de Duitse sociaal-democratie, is de graadmeter voor de rijpheid van de arbeidersklasse. Meer
kan en zal het in de huidige staat nooit zijn."1 Met "rijpheid van de arbeidersklasse" bedoelen Engels en Lenin: de mate van directe voorbereiding van de arbeidersklasse op de revolutie.
Lenin verwerpt het idee dat de verkiezingsuitslagen een "betrouwbare graadmeter" zijn voor de invloed van de communisten. Dat schrijft hij nog eens aan de Franse, Italiaanse en Duitse communisten: "Het echte leven, de geschiedenis van de werkelijke revoluties tonen dat de 'sympathie van de meerderheid van de arbeiders' heel vaak door geen enkele stemming kan worden weergegeven (en al helemaal niet door stemmingen die door de uitbuiters georganiseerd zijn). Heel vaak wordt 'de sympathie van de meerderheid van de arbeiders' in het algemeen niet door stemmingen uitgedrukt, maar door de groei van een van de partijen, of door de toename van hun aantal leden in de Sovjets of door het succes van een staking die om een of andere reden een zeer groot belang heeft, of door een succes in een burgeroorlog, enz Maar deze sympathie, deze steun valt niet zo meteen te winnen, wordt niet beslist door stemmingen; je verwerft hem met een moeilijke, harde klassenstrijd van lange adem"2
Het verloop van de Russische revolutie heeft de woorden van Engels en Lenin helemaal bevestigd. Tot aan de vooravond van de Oktoberrevolutie in 1917 was de bolsjewistische partij van Lenin electoraal gezien een heel kleine partij ­ terwijl ze de enige echte partij van de arbeidersmassa was.
In 1905 boycotten de bolsjewieken de verkiezingen voor de Douma, een puur raadgevend parlement. Die verkiezingen waren een duidelijk manoeuvre van de tsaar om het revolutionaire elan van de massa's, die al straatgevechten leverden tegen het leger, af te remmen.
In 1908 zaten er 4 bolsjewieken in de Douma op een totaal van 437 verkozenen, dat is 0,92%. In 1912 stonden de 6 bolsjewieken voor 1,36% van de 442 verkozenen. Tijdens de verkiezingen van februari 1917 voor de Arbeiderssovjet3 haalden de bolsjewieken 2,5% van de stemmen. In juni vonden de eerste verkiezingen plaats voor de (nationale) Sovjet van arbeiders en soldaten. Op een totaal van 1090 behaalde de sociaal-revolutionaire partij4 283 verkozenen, de mensjewieken5 248 en de bolsjewieken 'maar' 105, of 9,63%. Pas eind augustus 1917 koos de Sovjet van
Petrograd in meerderheid voor de bolsjewieken, op 5 september gevolgd door de Sovjet van Moskou. Daaruit concludeerde Lenin dat de massa's rijp waren voor de revolutie
1. Lenin, Staat en revolutie, deel XXV, p. 426 · 2. Lenin, Groet aan de Italiaanse, Franse en Duitse communisten, deel XXX p. 53-54 · 3. Een strijdorganisatie, min of meer te vergelijken met een vakbond · 4. Vooral een partij van de kleine boeren, waaruit de meerderheid van de soldaten voortkwam · 5. De reformistische socialisten van toen ".

Drie opmerkingen: 1. Hetgeen Lenin schreef over "verkiezingen" heeft betrekking op "algemene verkiezingen voor een parlement van de staat die het uiteindelijk doelwit is van de revolutionairen" Hij heeft het niet over verkiezingen van "dorpsraden", "provincieraden", '"gemeenteraden"
2. Al dan niet deelnemen aan verkiezingen was een besluit uit een concrete analyse van de (op DAT moment) concrete ACTUELE situatie over wat de taken zijn van de revolutionairen. Lenin isoleerde het onderwerp "verkiezingen" niet om het dan nog HÉÉl ALGEMEEN te behandelen, zoals Boudewijn Deckers wél doet. Zo werden CONCREET van de DRIE effectief gehouden "parlementaire verkiezingen" er dan nog ÉÉN geboycot.
3.De interpretatie die Boudewijn hier geeft voor de(door hem UITGEKOZEN) citaten van Lenin vormen de basis van de ontwikkeling van een revisionistische (NIET-marxistische analyse) in het artikel "De PVDA en deelnemen aan de verkiezingen…Lenin had het geluk, volgens Boudewijnn, van het bestaan van de verkiezingen binnen de Soviets om het uur 0 van de revolutie te bepalen: zie je wel een BAROMETER… zo hebben de Chinese Communisten revolutie moeten voeren ZONDER ZO'N BAROMETER, want ze hebben nooit de keuze gehad al dan niet mee te doen met verkiezingen…omdat er geen waren.
Het artikel van Boudewijn begint met:

"Louis, een kameraad die bij Volvo werkt, vertelt hoe de verkiezingscampagne aan de poort van zijn fabriek verloopt. De PVDA deelde er een pamflet uit over onze eis voor 1% belasting op de grote fortuinen. De arbeiders lezen het aandachtig, leveren hun commentaar en geven het pamflet aan elkaar door. "Wat ze zeggen, is waar, ook al is het soms een beetje radicaal." De reacties zijn heel positief, vooral als Louis de kans krijgt te antwoorden op de vragen die het pamflet oproept. De discussie gaat over belastingen, flexibiliteit, het gehate plan van Vandenbroucke voor het optrekken van de pensioenleeftijd "Ik heb nog maar zelden een pamflet gezien dat zo goed gelezen wordt door de collega's", zegt Louis. Verschillende arbeiders zeggen hem: "Ik denk dat de PVDA deze keer mijn stem krijgt"
Heel wat leden en sympathisanten van de PVDA hebben dezelfde ervaring in de fabrieken, aan de stempellokalen, in de wijken, in de medische groepspraktijken. Bij de vorige verkiezingen was ons programma "tegen de oorlog" voor arbeiders vaak ver van hun bed. Ze hadden niet de indruk dat de PVDA hun zorgen en problemen deelde. Deze keer slaat ons programma wel aan. "

De basis van de werking in de bedrijven, waar Boudewijn in een ander artikel (dat we ook nog zullen bespreken) zegt naar "terug te keren na het verkiezingsbilan over RESIST" (dat zullen we OOK nog bespreken) is blijkbaar gebaseerd op OPENLIJKE partijleden in de bedrijven. Op basis van propaganda aan de poort die de PVDA moet profileren ten overstaan van het gevoerde beleid van de Belgische regering en eventueel t.o.v. de standpunten en programmapunten van andere meerderheids- EN oppositiepartijen. Bijvoorbeeld tegenover het plan tot optrekken van de pensioenleeftijd stelt de PVDA "behoud van brugpensioen op 55 met aanwerving van een jongere" en tegenover de klachten die arbeiders hebben over de hoge belastingen die zij vinden te moeten betalen stelt de PVDA : "1% belasting op de grote fortuinen".
Als de werking van de PVDA ZO in de arbeidersklasse en in de grote bedrijven het imago en het profiel van de PVDA moeten versterken, als de propaganda en diskussie zo duidelijk het verschil in programma-punten moet aanduiden dat is dat om IN FEITE te stellen: " Stel dat wij van de PVDA de meerderheid in het parlement en dus de samenstalling van de regering volledig zouden bepalen hoe zouden wij een beleid voeren in tegenstelling tot de HUIDIGE regering maar ook in tegenstelling tot de OPPOSITIE-partijen moesten ZIJ eventueel een regering vormen"
Degenen die ooit gekozen hebben om in een fabriek als arbeider te gaan werken, als (zeker NIET openlijk) lid van een communistische partij, zullen wellicht wat verward en verontrust zijn over de beschrijving van Boudewijn hoe volgens hem een lid van de PVDA moet militeren in het bedrijf waar hij werkt.
Boudewijn richt zich hier dan ook naar de NIEUWE leden die lid werden en worden vanuit de medewerking die zij voordien al verleenden aan verkiezingscampagnes van de PVDA (sinds het Zevende Congres in 2001, is dit mogelijk).
Dit zijn GEEN partijleden die lid worden vanuit een overtuiging van een nooodzakelijk actief participeren als LID van de arbeidersklasse aan de klassenstrijd om het bewustzijn van de arbeiders te verhogen, de voorhoede mee te organiseren in de communistische partij om zo zo efficient mogelijk stappen te zetten naar de revolutie.
Deze laatste, reeds VROEGER georganiseerde partijleden moeten "gerustgesteld"worden door het "marxistisch"karakter van de analyse van Boudewijn. Voor hen dus dat stukje met die citaten van Lenin…
Boudewijn gaat verder…:

"Als we meedoen aan de verkiezingen, dan is het om verkozenen te halen ­ anders is het de moeite niet." Dat verdedigden bepaalde mensen na onze slechte resultaten van 2003. Als dat zo was, dan hadden we deze verkiezingen zeker moeten overslaan, want de kans op een verkozene is nihil. De regeringspartijen doen alles om ervoor te zorgen dat alleen nog enkele grote partijen, openlijke verdedigers van het kapitalistisch systeem, kunnen deelnemen aan het parlementair systeem. …
Verder strijden we met compleet ongelijke wapens. De PVDA besteedt 50.000 euro aan haar campagne, … Dat geld komt van gewone mensen, terwijl de partijen die in het parlement zitten hun campagne voor 99,7% financieren met overheidsdotaties.
We moeten niet de illusie hebben dat we in de toekomst op radio en televisie zullen komen of dat we evenveel geld zullen hebben als de burgerlijke partijen. Alleen door onze eigen inspanningen kunnen we mensen overtuigen. Nu bereiken we met onze pamfletten nog maar een klein deel van de bevolking. Weinig mensen kennen ons. Veronderstel dat we in bepaalde provincies 5% van de bevolking kunnen bereiken. Als we 1% van de stemmen halen, dan wil dat zeggen dat 20% van de mensen die we bereikten, voor de PVDA heeft gestemd. Dat is veel. En die stemmen moeten we vooral winnen zoals Louis dat in zijn fabriek doet.

Hier zal Boudewijn heel zijn kennis in dienst stellen om de partijleden op het spoor te krijgen waarvan Boudewijn ZELFNadine Rosa Rosso VERWEET DAT ZIJ dat deed… en één van de redenen was voor haar gedwongen ontslag uit de partij. Hij manipuleert een bepaald standpunt door het op een uitgekookte manier te formuleren: "Als we meedoen aan de verkiezingen, dan is het om verkozenen te halen ­ anders is het de moeite niet.".
Maar Boudewijn ZELF zegt eigenlijk: "Het is CORRECT om aan verkiezingen mee te doen om verkozenen te hebben. Maar we zullen dit maar als objectief stellen in een bepaalde verkiezingscampagne als het realistisch blijkt te zijn dat we het met de nodige moeite dit kunnen halen."

"De verkiezingsuitslag is de enige betrouwbare barometer voor onze invloed onder de massa's", stond er ten onrechte in het voorstel van balans van de kiescampagne van 2003.
De overgrote meerderheid van de mensen heeft gewoon de
kans niet gehad om het PVDA-programma te leren kennen, hoe kan je dan spreken van een echt vrije keuze? Aan de andere kant worden ze wel overspoeld door de propaganda van de grote traditionele partijen. En de kiesdrempel versterkt het idee dat stemmen voor de PVDA niet nuttig is. In die omstandigheden zijn de verkiezingsuitslagen vooral een graadmeter voor de impact die de manipulaties en leugencampagnes van de verschillende burgerlijke partijen op het stemgedrag van de mensen hebben, niet voor wat de werkende mensen echt denken en nog minder voor de manier waarop ze morgen zullen handelen. De grote meerderheid van de arbeiders zal voor een van die traditionele partijen stemmen, zelfs in fabrieken waar kameraden met een goede inplanting uitstekend communistisch werk leveren waarvoor ze een brede steun krijgen. Maar morgen zullen diezelfde arbeiders samen staken tegen de antisociale maatregelen van diezelfde burgerlijke partijen. De "electorale logica" is vaak verrassend
Tom discussieerde met verschillende syndicalisten. De meesten erkennen dat het PVDA-programma beter aansluit bij hun bezorgdheden. Maar toch stemmen ze voor de SP.a, in de vage hoop dat die "grote partij" een minder antisociale politiek zal voeren dan de andere. Al zijn ze helemaal niet van mening dat die partij de belangen van de werkende mensen verdedigt, integendeel. Intussen komen ze samen en bediscussiëren ze wat ze kunnen doen tegen de plannen die Vandenbroucke en Vande Lanotte voor na de verkiezingen hebben aangekondigd, onder meer een aanval op de pensioenen Als deze syndicalisten overtuigde revolutionairen waren, zouden ze natuurlijk niet meer voor de SP.a stemmen. Maar omgekeerd belet hun SP.a-stem hen niet om op heel fundamentele punten veel dichter bij de PVDA te staan.
Onze invloed onder de mensen kunnen we op een veel betrouwbaarder manier afmeten aan de uitstekende resultaten die een groot aantal syndicalisten bij de sociale verkiezingen hebben behaald. Ze wonnen het vertrouwen van hun collega's door hun dagelijks engagement. De arbeiders weten dat ze echt op hen kunnen rekenen.
Of aan het aantal "kandidaatkaartjes" dat aan de fabrieken, in stempellokalen, op markten is opgehaald. Onze kameraden van de staalsector in
Charleroi hebben tot nog toe 116 van die kaartjes opgehaald. 36 arbeiders hebben een proefabonnement op Solidair aangevraagd, 70 hebben hun adres gegeven. In de fabriek Fafer vulde bijna één man op twee het kaartje in tijdens een rustpauze. Een arbeider stopte om 25 euro steun te geven voor de campagne. Twee arbeiders gaven te kennen dat ze lid wilden worden van onze partij.
Nadia Moscufo, syndicaliste en lijsttrekker voor de PVDA in Luik en gemeenteraadslid in Herstal vertelde vorige week in Solidair over het resultaat van een propaganda-actie op de markt: 62 kandidaatkaartjes, 20 proefabonnementen en 22 mensen die hun eigen argumenten op het kaartje invulden. Onze centrale eisen kunnen op een brede goedkeuring rekenen. Leen Vermeulen, kandidaat in Brussel en dokter in Molenbeek, kwam bijeen met 10 vrouwen uit haar wijk. Verschillende vrouwen vertrokken achteraf met PVDA-materiaal om uit te delen en enkele vroegen om lid te worden.
Die resultaten hébben we in elk geval, wat ook de verkiezingsuitslag zal zijn. Ze zullen ons de
kans geven vooruit te gaan in de strijd die eraan komt, als we ze maar consolideren. Dat is ook de enige manier om in de toekomst onze verkiezingsresultaten te verbeteren.

De partijleden, zo "analyseert" secretaris-generaal van de PVDA Boudewijn Deckers, moeten eerst met veel activisme meetbare propagandaresultaten behalen. Dat geeft een beeld OP VOORHAND van een eventueel stemgedrag op voorwaarde natuurlijk dat men bij elk contact de vraag stelt : "Als u NU onze inzet zo goedkeurt en uw simpathie voor ons wilt laten blijken, STEMT u voor ons? "
Als dan het verkiezingsresultaat min of meer overeenstemt met de "materialistische" prognose, DAN kunnen we pas zeggen dat de verkiezingsresultaten een (en dan nog maar "een") barometer vormt van onze invloed onder de
massa's zo preciseert Boudewijn.
Nu werd Nadine Rosa Rosso, ex-secretaris-generaal verweten (en o.a. daarop VEROORDEELT tot ontslag dat zij stelde: "De verkiezingsuitslag is de enige betrouwbare barometer voor onze invloed onder de
massa's"
Boudewijn, hoofdverantwoordelijk, voor het gedwongen ontslag van Nadine, weet hier dus héél manipulatief de partijleden "'één te maken" voor een bijna gelijkaardig standpunt!
Maar Boudewijn ONTWIJKT dan nog het "marxistisch" beoordelen van het standpunt: "de verkiezingsresultaten vormen een oordeel of maken een bilan van de werking van de PVDA als revolutionaire partij". En DAT is juist het uitgangspunt van ALLE "verkiezingsbilans" die de PVDA maakt sinds 1995. Boudewijn wil DAAROVER GEEN diskussie in de PVDA. Want dat zou de waakzaamheid kunnen verhogen bij partijleden tegenover de subtiel revisionistische lijn die Boudewijn de partij weet op te leggen.

"Waarom dan deelnemen aan de verkiezingen? Verkiezingscampagnes zijn altijd een moment dat de politiek meer leeft onder de bevolking. Alleen door eraan deel te nemen kunnen we de werkende mensen echt confronteren met de keuze die ze moeten maken. Een flink aantal van hen zetten zich in om ons programma te verspreiden. Ze weten dat de strijd niet ophoudt met deze verkiezingen, ze hopen dat we allemaal samen zullen blijven doorwerken. Zo'n impact zouden we nooit kunnen hebben als we niet zouden meedoen en ons zouden beperken tot commentaar op de campagne van anderen. Dat zou de burgerlijke partijen alleen maar versterken. Zelfs als we maar een minderheid kunnen overtuigen dat stemmen voor de SP of een andere burgerlijke partij compleet nutteloos is, dan nog zijn de werkende mensen geconfronteerd met bepaalde aspecten van ons programma, onze waarschuwingen, onze alternatieven.
Zoals Lenin zei, "elke vier jaar moeten de arbeiders kiezen welke vertegenwoordigers van de burgerij hun uitbuiting zullen organiseren". Of dat de SP.a, de VLD, de CD&V of een andere burgerlijke partij is: ze zullen alle antisociale maatregelen uitvaardigen die de Top van Lissabon beslist heeft en die door de grote Europese patroons zijn gedicteerd.
Niet de verkiezingen beslissen uiteindelijk over het lot van de werkende mensen, maar hun klassenstrijd. Verkiezingscampagnes helpen ons om de strijd die komt voor te bereiden. Wanneer de verkiezingen voorbij zijn, gaan wij door met ons mobilisatie- en organisatiewerk in de fabrieken, de wijken. Vandaag verzamelen we krachten die morgen onmisbaar zullen zijn in de strijd tegen de nieuwe aanvallen van patronaat en regering op de pensioenen en brugpensioenen, tegen het opleggen van nog meer flexibiliteit.
De patroon der patroons, Tony Vandeputte, verklaarde vorige week: "Het najaarsoverleg wordt cruciaal. Er moeten afspraken worden gemaakt over de nieuwe loonnorm, meer flexibiliteit op de arbeidsmarkt en de eindeloopbaanproblematiek."
1 In 1993 kenden we een behoorlijk warme herfst van strijd tegen het Globaal Plan van de regering-Dehaene. In het weekblad Knack klaagde de ex-baas van de patroonsorganisatie VBO dat de invloed van de PVDA tijdens stakingen heel wat groter is dan tijdens verkiezingen.
Het is vooral naar dat soort resultaten dat we op zoek zijn. En we bereiden ze onder andere tijdens de verkiezingscampagne voor. In Antwerpen deelt de PVDA 20.000 folders uit aan 33 fabrieken. Campagneverantwoordelijke Frans Vanbelle zegt terecht: "Op die manier is het contact al gelegd, op het moment dat de strijd tegen de aanvallen van Europa en de regering van start gaat. De mensen die achter onze drie eisen voor de verkiezingen staan, zullen ook aan onze kant staan in die strijd."

" Waarom dan deelnemen aan de verkiezingen? Verkiezingscampagnes zijn altijd een moment dat de politiek meer leeft onder de bevolking. Alleen door eraan deel te nemen kunnen we de werkende mensen echt confronteren met de keuze die ze moeten maken. Een flink aantal van hen zetten zich in om ons programma te verspreiden. Ze weten dat de strijd niet ophoudt met deze verkiezingen, ze hopen dat we allemaal samen zullen blijven doorwerken."
Boudewijn zegt hier eigenlijk: Alleen door deel te nemen áls PVDA kun je maar mensen aanzetten tot "de keuze" (in het stemhokje) vóór de PVDA. De mensen kiezen voor de PVDA omdat het de meest radikale ordewoorden formuleert tot hervormingen (BINNEN het kapitalisme). De ervaring heeft een groeiend aantal mensen geleerd dat de PVDA als zij aanwezig is aan de stakingspikets en de betogingen DEZELFDE radikale hervormingsordewoorden propageren. Dit zal hen ertoe bewegen in verkiezingen op de PVDA te stemmen…. En wellicht zullen die dan NA de verkiezingen meehelpen die ordewoorden van de PVDA te verspreiden in strijdsituaties en kan Boudewijn besluiten: "Campagneverantwoordelijke Frans Vanbelle zegt terecht: "Op die manier is het contact al gelegd, op het moment dat de strijd tegen de aanvallen van Europa en de regering van start gaat. De mensen die achter onze drie eisen voor de verkiezingen staan, zullen ook aan onze kant staan in die strijd."
Verder.

"Zouden verkozenen onze invloed in de klassenstrijd niet vergroten? Dat zal niemand ontkennen en natuurlijk zullen we alles doen om een verkozene te halen als we die kans krijgen. Onze gemeenteraadsleden Frans Van Acoleyen, Dirk Goemaere, Mie Branders, Johan Vandepaere en Nadia Moscufo doen uitstekend werk. Ze bereiken een groot deel van de bevolking.
Natuurlijk zijn onze verkiezingsdoelstellingen er anders dan op regionaal, federaal of Europees niveau. Maar hoe anders kunnen we meer stemmen halen dan door ons volgehouden dagelijks werk, dat we uitdiepen en zeer goed laten aansluiten bij de werkende mensen? Door ons elke dag in te zetten in de strijd voor de belangen van de werkende mensen.

Het doel "verkozenen te hebben" is een achtenswaardig objectief voor een communist, zegt Boudewijn.
Maar, zo zegt hij, het doel "verkozenen te hebben"is niet altijd een realistisch objectief. Dat verschilt naargelang "het regionale, federale of Europese verkiezingen zijn".

Ik hoop dat de partijleden de enorme bocht merken die Boudewijn maakt om op gelijkaardige opvattingen uit te komen die bij Nadine Rosa Rosso zo veroordeeld werden en haar dwongen tot uitsluiting.
Ter geruststelling van de partijleden met revolutionaire objectieven sust hij:

"Zou een verkozene kunnen wegen in de klassenstrijd zonder dat de partij al goed was ingeplant in de fabrieken, daar waar er een concentratie aan arbeiders is? Natuurlijk niet. Een of enkele verkozenen vermogen niets als de partij niet kan beschikken over honderden kameraden op de werkplaatsen en in de vakbonden."

Maar uiteindelijk blijft het voor Boudewijn belangrijk "verkozenen te halen" die dan, zoals de BWP (De Belgische Werklieden Partij begin vorige eeuw, de beschikking hebben over de mogelijkheid van te mobiliseren werkvolk voor haalbare hervormingen die die verkozenen dan kunnen halen in het parlement… Zulke "haalbare" hervormingen zijn vandaag de dag, natuurlijk als het werkvolk deze hervormingen als "strijdobjectief"wil nemen: "Het brugpensioen op 55 met aanwerving van een jongere, het kiwi-model en een vermogenbelasting." Toen, in de tijd van de BWP was dat het "algemeen stemrecht" (eerst via een alliantie met de liberalen tot meervoudig stemrecht, na de eerste wereldoorlog werden dan de revolutionaire aspiraties gesust met "algemeen stemplicht voor mannen"… enz)… en "Het Plan De Man"…..
Boudewijn Deckers was medeoprichter van AMADA en binnen de PVDA de traditionele "nummer 2" (dus eigenlijk een soort vice-voorzitter naast voorzitter Ludo Martens) Hij nam ooit ontslag uit de PVDA op (in het beste geval - maar bijna niemand weet concreet op welke) kleinburgerlijke standpunten die hij niet van zich af kon zetten. Hij kwam op eerder onduidelijke manier terug IN de PVDA, gelijk als NATIONAAL kader "Internationale betrekkingen", en werd dan (opnieuw) lid van het Politiek Bureau en later dus secretaris-generaal. (en dit zonder verkiezingen op een congres, je moet maar kunnen!) Intussen is voor mij duidelijk dat hij, waar hij als kleinburger (terecht) ontslag nam uit de partij, hij als lid van de burgerlijke klasse terug IN de partij is gekomen met als (zelfgekozen? ..of afgesproken?) opdracht: het streven naar revolutie en de "onteigening van de onteigenaars" uit de strategie te halen van de PVDA om zo het voortbestaan van het kapitalisme voor de burgerij te verzekeren.
Boudewijn Deckers is de vertegenwoordiger van de revisionistische fractie in de PVDA. Later zal ik nog aantonen dat Peter Mertens hier ook deel van uit maakt. De (door opportunisme of suivisme gedreven) medeplichtigheid van andere kaders (zoals een Jo Cottenier en Herwig Lerouge)bij de ontwikkeling van deze revisionistische fractie zal ik ook nog verder belichten. Evenals van andere kaders (zoals bijvoorbeeld Peter Franssen, e.a). Dit opdat zij als CONCRETE NEGATIEVE maar toch LEERZAME voorbeelden kunnen dienen.

Geen opmerkingen: